Er is gevraagd in hoeverre bepaalde Huishoudelijke
Dagelijkse Activiteiten (HDA, zoals boodschappen
doen, warme maaltijd klaarmaken en huishoudelijk
werk) moeite kosten of niet gaan. Tevens is gevraagd of
inwoners gebruik kunnen maken van eigen of openbaar
vervoer. De mate van zelfredzaamheid wordt met een
combinatie van deze vragen bepaald: het percentage
mensen dat één of meerdere HDA-activiteiten niet
zelfstandig kan verrichten en/of een vervoersbeperking
heeft (dus geen gebruik kan maken van eigen of
openbaar vervoer).
Acht procent van de volwassenen en 31%van de ouderen
heeft een HDA-beperking en/of vervoersbeperking.
Mensen van 85+ zijn het minst zelfredzaam. In totaal
heeft 81% van de 85-plussers een HDA-beperking en/
of vervoersbeperking. Met name zwaar huishoudelijk
werk (dweilen, ramen wassen) is moeilijk. Van de 85+
geeft 63% aan niet zelfstandig zwaar huishoudelijk werk
te kunnen doen. Bijna vier op de tien 85-plussers (38%)
kan geen gebruik maken van eigen of openbaar vervoer.
Een kwart van de 85-plussers kan niet zelfstandig
boodschappen doen.
Kies een ander onderwerpVERVOLG DAGELIJKS FUNCTIONEREN
Kunnen gaan en
staan waar je wil, is
belangrijk voor een
goed leven.
Vier op de tien 85-plussers voor vervoer afhankelijk van anderen
Gemiddeld ontvangt 8% van de volwassenen (2012
7%) en 28% van de ouderen (2012 33%) één of andere
vorm van hulp vanwege de gezondheid. Dit kan hulp
zijn van een mantelzorger, van een professionele
hulpverlener en/of van een vrijwilliger. Ruim een vijfde
van de ouderen (22%) krijgt hulp van een professionele
zorgverlener (2012 27%). Acht procent krijgt hulp van
een mantelzorger (2012 10%, Nederland 10%).
Als er hulp is, betreft dit meestal hulp in de huishouding
(boodschappen, schoonmaken en het klaarmaken van
de warme maaltijd): 3% van alle volwassenen en 20% van
de ouderen heeft huishoudelijke hulp.
Ouderen ontvangen daarmee minder hulp dan in
2012 en tevens minder mantelzorg dan het landelijke
gemiddelde (10%). Meer ouderen dan in 2012 geven aan
extra hulp nodig te hebben: 9% versus 7% in 2012. Dus
bijna één op tien ouderen geeft aan meer hulp nodig te
hebben. Dit betreft met name de 85-plussers: 21%. Van
hen ontvangt evenwel 73% één of andere vorm van hulp
vanwege de gezondheid, maar kennelijk is dat niet altijd
voldoende. In 2012 ontving 84% nog hulp.
Ouderen hebben het meest behoefte aan extra
huishoudelijke hulp (boodschappen, schoonmaken),
gezelschap/troost/afleiding en begeleiding en/of vervoer
(bij bezoek aan arts, kapper etc.).
Ouderen ontvangen minder hulp dan in 2012; één op de vijf 85-plussers heeft behoefte aan meer hulp
Heeft extra
hulp nodig
(ouderen)
9%